Kinderen
Chronische obstipatie is een veel voorkomend probleem op kinderleeftijd. In Nederland zijn er meer dan 20.000 kinderen met chronische poepproblemen. Een veelvoud hiervan heeft af en toe een moeizame stoelgang. Bij chronische obstipatie wordt geleidelijk het gevoel van aandrang minder in de endeldarm. Hierdoor rekt de darmwand uit en duurt het steeds langer voordat de aandrang wordt ervaren.
Kinderen die de plas niet kunnen ophouden of vaak naar de wc moeten, worden doorverwezen naar de kinderbekkenfysiotherapeut. Dan volgt een intakegesprek waarbij de hulpvraag van kind en ouders centraal staat. Door middel van onderzoek en inventarisatielijsten schetst de bekkenfysiotherapeut een volledig beeld van de aard van de problemen.
Vaak worden de sluitspier en andere bekkenbodemspieren verkeerd gebruikt. Hoe langer de ontlasting in de darm blijft hoe harder deze wordt en hoe moeilijker het is deze pijnloos kwijt te raken.
Het kan ook voor komen dat een kind zich de tijd niet gunt om rustig naar de w.c. te gaan.
Broekpoepen of verlies van kleine beetjes ontlasting kan veroorzaakt worden door verkeerd toiletgedrag. Kinderen die last hebben van urineverlies of de ontlasting niet kunnen ophouden worden ook door de kinderbekkenfysiotherapeut behandeld.
Spelenderwijs leren ze een goed ‘buikgevoel’ aan en tevens hoe ze de bekkenbodemspieren moeten gebruiken. Uitgebreide uitleg en adviezen aan kind en ouders horen bij de behandeling. De ouders, verwijzend arts, en andere betrokkenen spelen hierbij een belangrijke rol. Ouders worden zodanig betrokken bij de behandeling, dat zij inzicht krijgen in de problematiek van hun kind. Hierdoor hebben ouders meer mogelijkheden om hun kind te begeleiden in het dagelijks functioneren. De behandeling wordt spelenderwijs gegeven en is gericht op de belevingswereld van het kind.